Rol het croissantdeeg uit en snijd volgens de lijntjes in drie rechthoekige vlakken. De diagonale lijnen gebruik je dus niet!

Knijp het deeg langs de diagonale lijn een beetje samen en gebruik vervolgens een deegroller om het stuk deeg wat dunner en langer te maken. Doe dit bij alle stukken deeg.

Verdeel over elk stuk deeg een dun laagje Nutella of andere chocoladepasta die je lekker vindt. Houd het echt bij een dun laagje, want je rolt het straks op en anders wordt het te veel.

Rol elk stuk deeg op, begin met rollen aan de lange kant. Met een scherp mes of pizzasnijder (ik vond die laatste erg handig hiervoor) halveer je het rolletje deeg in de lengte. Draai ze zo dat de opengesneden kant naar boven komt te liggen.

Druk twee slierten aan de bovenkant aan elkaar. Draai de vervolgens om elkaar heen, zorg dat die opengesneden kant steeds weer aan de bovenkant blijft. Eindig door de uiteinden op elkaar vast te drukken. De twee uiteinden druk je nu op elkaar zodat er een krans ontstaat.

Leg de kransen op een met bakpapier beklede bakplaat. Roer het ei los en smeer de broodjes ermee in. Om de Nutella zoveel mogelijk op zijn plek te houden, kun je met het kwastje het ei er op deppen in plaats van smeren.

Bak de broodjes in ongeveer 12-15 minuten op 200 °C (boven- en onderwarmte).

Laat ze een paar minuten op de bakplaat afkoelen voordat je ze serveert. Koud zijn ze overigens ook heerlijk!