Begin met het maken van de cake. Deze moet namelijk ook nog afkoelen, je kunt hem ook al prima een dag van te voren maken. Doe de cakemix, slagroom en eieren in een kom en mix op de laagste stand goed door elkaar. Klop dan 3 minuten op de hoogste stand tot een luchtig beslag. Giet het beslag in een ingevette (en bebloemde) vorm.
Het enige wat we anders doen dan op de verpakking staat vermeld is het formaat van de springvorm. Voor deze taart is het mooi om een wat hogere cake te gebruiken. Daarom gebruik ik een 20 centimeter bakvorm in plaats van de 24 centimeter vorm. Het zakje poedersuiker hoef je nu niet te gebruiken, deze heb je later nodig bij het maken van de rozen.
De baktijd is door de kleinere vorm wel iets langer, namelijk 70 minuten op 160 °C (boven- en onderwarmte) (onderin de oven).
Na het bakken laat je de cake even afkoelen voordat je hem op een rooster stort. Laat hem zo op zijn kop staan. De onderkant wordt namelijk straks de bovenkant omdat deze mooi recht is.
Terwijl de cake in de oven staat kun je de botercrème alvast voorbereiden. Zorg dat de boter op kamertemperatuur is en mix deze romig. Voeg de mix en (koude) melk toe. mix even tot een wat stevigere massa. Gebruik een spatel om de boter los te halen van de bodem en randen. Mix de crème opnieuw door tot een luchtige massa.
Nu is het tijd om de crème roze te kleuren (of in een andere kleur die jouw moeder leuk vindt!). Gebruik hiervoor een kleurstof op gelbasis.
Zet de botercrème in de koelkast tot je het gaat gebruiken.
De cake staat nog in de oven en de botercrème is klaar. Tijd om de decoraties te maken. Dit kun je eventueel ook al een dag eerder doen, dat bespaart je weer wat tijd op de dag dat je gaat bakken.
Van de groene marsepein maken we blaadjes. Rol hiervoor een balletje dat je vormt tot een kegel. Druk deze kegel plat en maak met de botte kant van een aardappelschilmesje de nerven in de blaadjes.
Maak blaadjes in verschillende maten, dat staat straks extra leuk als je ze op de taart plaatst.
Van de roze en witte marsepein maken we mooie roosjes. Dat lijkt misschien ingewikkeld maar dat valt echt reuze mee.
Rol de marsepein in delen uit tot een langwerpig lapje. Doe dit op de poedersuiker zodat het niet aan het oppervlak gaat plakken. Draai het lapje marsepein om op een deel van je werkblad waar geen poedersuiker ligt.
Vouw het lapje marsepein dubbel, maar druk de dichte kant niet plat, hier mag een beetje lucht tussen zitten. Het open uiteinde kun je wel een beetje vast drukken. Als er teveel poedersuiker tussen zit blijft het niet goed plakken. Je kunt dan eetbare lijm gebruiken of heel voorzichtig een beetje water met een kwastje aanbrengen. Gebruik echt niet te veel, anders smelt je marsepein.
Snij de zijkanten van de dubbelgevouwen marsepein en snij de lange strook in twee of drie delen.
Rol het lapje marsepein op. Zie je dat het al op een roosje begint te lijken? Knijp de onderkant samen waardoor de roos een beetje open komt te staan en snij dan de overtollige marsepein af.
De roosjes hoef je niet zo groot te maken, anders heb je niet genoeg voor op de taart. Deze roosjes zijn ongeveer 1 cm in doorsnede.
Als je roosjes en blaadjes hebt gemaakt van alle marsepein is het bijna tijd om te gaan decoreren. Controleer of je cake al goed is afgekoeld.
Als de cake is afgekoeld snij je de cake horizontaal in drie lagen. Dit werkt het prettigst met een taartzaag, maar je kunt ook prima een groot (brood)mes gebruiken.
Leg de onderkant van de taart op een schaal waarop je de taart wilt presenteren. Vul met een dun laagje botercrème. Dit smeer je mooi gelijkmatig uit met een spatel. Leg de volgende plak cake op de onderkant en breng nog een laagje vulling aan voordat je de bovenkant van de cake erop plaatst.
Tijd om de chocolade cake van een roze laagje te voorzien. Wrijf eerst even met je vingers langs de randen om alle losse kruimels te verwijderen. Het is niet mooi als je straks allemaal donkere kruimels in je roze crème ziet.
Breng met je spatel eerst een dun laagje botercrème aan. Smeer de rest van de crème op je taart en strijk hem glad met de spatel. Als je een draaiplateau hebt is het handig om hem hier op te zetten.
Je kunt de taart glad laten, maar je kan er ook een leuk patroontje in aanbrengen. Dit horizontale streeppatroon maak je met een kleine spatel of de bolle kant van een aardappelschilmesje. Houd deze onderaan tegen de taart aan, maar oefen geen druk uit. Aanraken is voldoende. Draai de taart rond en beweeg je spatel of mesje langzaam naar boven toe. Het patroon hoeft niet perfect evenwijdig te zijn, dat is hier juist zo leuk aan. Ben je niet tevreden? Dan strijk je de taart gewoon weer glad en probeer je het opnieuw (of je laat hem glad).
De bovenkant van de taart laat je glad. Daar breng je langs de rand de blaadjes en rozen op aan. Ik vond het handig om eerst een aantal grote blaadjes te verdelen en dit op te vullen met de rozen en nog meer kleine blaadjes. Breng dit aan zoals jij mooi vind.
In het midden kan je een tekst schrijven met de chocolade stiften. Ik gebruikte de pure variant om ‘Mama’ op de taart te schrijven. Vind je het eng om direct op te taart te schrijven? Oefen dan eerst even op een velletje bakpapier.